
Toen ik de nasynchronisatie inrolde, was mijn eerste opdracht bij Wim Pel Productions. Het contact verliep niet via hem, maar via Veronique, zijn rechterhand en steun en toeverlaat in die tijd. Ik had geen idee wie Wim Pel was, òf het eigenlijk wel iemand was en ik wist trouwens ook niet wat voor een aparte, heerlijke, rare, hardwerkende mensen in dubland rondliepen. Daar kwam ik overigens snel genoeg achter.
Voor ik erachter kwam wie Wim was, duurde dat nog wel even. Minstens een jaar, durf ik wel te zeggen. Wim wilde absoluut geen eigen studio. Hij wilde per productie mensen inhuren, een studio boeken in Nederhorst den Berg of in Diemen en zeker geen vast personeel. In de praktijk kwam het er dus op neer dat je alleen te maken had met een technicus als Kris Schulp en een regisseur als Paul van Gorcum en later Tim Grommé en Jan Nonhof. Daarom duurde het waarschijnlijk even voor we echt kennismaakten, Wim en ik. Er werd altijd met een beetje ontzag gesproken over Wim; dat was toch een van de kanonnen in het vak. Toen ik hem uiteindelijk voor de eerste keer de hand schudde, moet dat ongetwijfeld in de studio's van Hoek & Sonépouse zijn geweest. Dat was hem dan, een stevige, indrukwekkende persoonlijkheid. De man achter het logo. Nu wist ik wie mijn werkgever was.
Mensen ontwikkelen zich, situaties ontwikkelen zich, en dus kon het zomaar gebeuren dat er in Diemen een nieuwe studio werd gebouwd; WPP. Waar het eerst twee studio's waren, A en B, kunnen we inmiddels het halve alfabet af. Maar meer nog dan het bouwen van een mooi bedrijf, wist Wim de juiste mensen om zich heen te verzamelen, die precies daar voor stonden wat WPP wilde uitdragen: kwaliteit, continuïteit, innovatie en vooral enthousiasme.
Eén lunchtafel is niet meer genoeg, er staan er inmiddels drie. Eén verdieping is trouwens ook niet meer genoeg. En toch is er de intimiteit, de gezelligheid, het familiegevoel. Het familiegevoel dat Wim zo belangrijk vond. Vaak zei hij: "Je zou toch hier vast moeten komen werken. Waarom moet je nou zo nodig weer een 'toneelstukje' doen?" Eerst vond ik dat bijna een belediging, maar toen ik doorkreeg dat het eigenlijk een soort onhandigheid was, ben ik het als een compliment gaan zien. Zeker toen hij met half WPP naar een Parade voorstelling van me kwam kijken. Als een nasynchronisatorvader die zag dat het goed was, die zag dat 'zijn' mensen ook nog best iets anders konden doen.
WPP heeft, onder leiding van Wim, er voor gezorgd dat de nasynchronisatie in Nederland volwassen is geworden. Dat is een grote verdienste.
Drie jaar geleden werd bekend dat Wim kanker had. Het kon drie maanden duren, maar ook langer. Ik was daar bijzonder verdrietig over. Kanker kan niet alleen een lichaam, maar ook een geest vernietigen. Wim heeft dat laatste niet laten gebeuren en de drie maanden werden ruim drie jaar. Ik heb ongelooflijk veel bewondering voor hem en voor zijn familie dat zij positief zijn gebleven, dwars door alle chemo's en onderzoeken en tegenslagen heen, en dat zij de tijd hebben genomen om alles uit het leven te halen wat er in zat. Met zijn vrouw en kinderen en hun partners, met zijn kleinkinderen. In Frankrijk, in Breukelen, overal.
Af en toe was hij nog wel eens op de zaak. Soms met een kaal hoofd, dat hem overigens prachtig stond, later weer opgekrabbeld met een mooie, inmiddels grijze bos krullen. Hij had afscheid genomen van het bedrijf, maar kwam uiteraard af en toe langs. Met dezelfde nieuwsgierigheid en betrokkenheid en ook met dezelfde ironie: "Nee, jij moet nog steeds je toneelstukjes doen…", maar altijd met dezelfde geestdrift en met hart voor ons prachtige vak.
Ik zal nog vaak een toneelstukje doen, Wim, maar ik kom net zo vaak met alle liefde terug naar WPP, omdat het nu eenmaal een plek is waar je graag terugkomt. En dat heb jij bereikt, samen met alle andere mensen die er werken. Je hebt een plek gecreëerd waar iedereen graag komt, graag werkt en na afloop nog even nazit met een glaasje wijn. Laten we daarom het leven vieren, omdat dat precies is waar Wim voor stond.
Louis van Beek